Medicatieveiligheid en gegevensuitwisseling: de eerste bevindingen
In de eerste twee maanden van dit jaar heeft de VGN twee enquêtes uitgezet in de gehandicaptensector, één over het onderwerp medicatieveiligheid en één over het onderwerp gegevensuitwisseling en -overdracht. De enquêtes hebben in totaal meer dan 225 reacties opgeleverd. Daarmee hebben wij een breed eerste beeld van de rol die informatievoorziening en ICT spelen in deze thema’s. Wij nodigen u uit om tijdens een aantal workshops duiding te geven aan de eerste bevindingen en uw perspectief hierop te geven.
Een samenvatting van de bevindingen zijn opgenomen in de bijgevoegde factsheets.
Medicatieveiligheid
In de verkenning die de VGN uitvoert in de sector ligt de nadruk wat betreft medicatieveiligheid op de aspecten waar informatievoorziening, digitalisering en ICT een rol kunnen spelen bij het makkelijker maken van het medicatieproces, het verhogen van de medicatieveiligheid en het verminderen van de administratieve lasten.
Om de bevindingen te duiden hanteren wij het model van de informatiestandaard Medicatieproces van Nictiz. Uit de vragenlijst blijken de arts verstandelijk gehandicapten (AVG) en de huisarts de voornaamste voorschrijvers te zijn van de geneesmiddelen. Daarnaast zien we dat de psychiater, tandarts en verpleegkundig specialist ook een groot deel van de voorschrijvingen doet. De voorgeschreven medicatie wordt door de apotheek verstrekt aan de cliënten of bij de zorgorganisatie afgeleverd. Uit de vragenlijst blijkt dat de cliënt en de persoonlijk begeleider meestal beschikt over een papieren overzicht van de medicatiegegevens. Een digitaal overzicht van de gegevens lijkt nog niet de norm te zijn in de sector. Respondenten geven aan dat digitale gegevensuitwisseling een van de grootste knelpunten is bij het medicatieproces. Het actueel medicatieoverzicht (AMO) is niet altijd beschikbaar, verstrekking wordt niet altijd afgetekend, er is geen goed elektronisch voorschrijf systeem (EVS) beschikbaar of de zelfzorgmedicatie staat niet aangegeven op het AMO. Daarnaast wordt er ook aangegeven dat organisaties de energie richten op het implementeren van een EVS, het verkrijgen van digitaal inzicht omtrent medicatie incidenten, het introduceren van digitaal aftekenen van medicatietoediening maar ook het geven van volledige toegang tot de medicatiegegevens aan de cliënten en persoonlijk begeleiders.
Gegevensuitwisseling en -overdracht
Driekwart van de gebruikte informatiesystemen in de sector zijn afkomstig van drie ICT-leveranciers. Daarnaast geeft een deel van de respondenten aan dat er met een eigen maatwerk oplossingen wordt gewerkt. De meeste uitwisseling die er in de sector plaatsvindt is met informatiesystemen van andere zorgverleners, denk hierbij aan de huisarts, apotheek, ziekenhuis, GGZ of tandarts. De overdracht van informatie naar andere zorgorganisaties lijkt op verschillende manieren te gebeuren, maar in de meeste gevallen wordt een digitaal formulier verstuurd via (beveiligde) mail. Toch lijkt er veel op papier te worden uitgewerkt en meegegeven met de cliënt. Als organisaties gegevens ontvangen dan wordt er nog veel van papier overgetypt in het EPD/ECD. We zien dat er een merendeel van gegevenstypes relevant zijn binnen de sector, het betreft hier een breed spectrum van cliëntgegevens zoals naam, adres en woonplaats tot gegevens omtrent mobiliteit of gegevens uit het zorgplan. De grootste knelpunten die worden aangegeven zijn het gebruik van verschillende systemen in de sector, de veiligheid van digitaal versturen, de tijd die het kost om de overdracht goed te doen, het ontvangen van onvolledige informatie van een cliënt, overtypen van informatie en het ontbreken van uniformiteit.
Meer informatie
Meer informatie over de verkenning kunt u lezen in het artikel ‘VGN onderzoekt cyberspace!’. Ook kunt u contact opnemen met Han Huizinga, hhuizinga@vgn.nl of 06 13 19 71 86.