Werkgevers openen onderhandeling cao: 8 procent in 2 jaar
Loonontwikkeling, over- en meerwerk en leren en ontwikkelen waren de drie grote thema’s tijdens een volgende ronde in de onderhandeling voor een nieuwe CAO Gehandicaptenzorg. Werkgevers en werknemers kregen op 21 januari voorafgaand aan het overleg een korte opbouwende boodschap van de Brancheadviesraad van de FNV. De VGN opende de onderhandeling over loonontwikkeling met een concreet bod van 8 procent in 2 jaar.
Inflatie afgedekt
De onderhandelingsdelegatie van de VGN kijkt met gepaste tevredenheid terug. ‘Binnen de mogelijkheden die we hebben, konden we onze betrokkenheid naar de medewerkers laten zien met een loonbod dat in ieder geval de inflatie compenseert,’ liet Arend Vreugdenhil namens de werkgevers weten. ‘We willen de financiële ruimte die we hebben zoveel mogelijk gebruiken om de koopkracht te behouden. De inflatie wordt voor dit jaar en 2026 geraamd op totaal 6 procent. Daarom hebben we ingezet op een structurele loonstijging van 2 keer 3 procent. Afhankelijk van het moment van de loonstijgingen zouden we daarbovenop nog een incidentele uitkering kunnen doen van 2 keer 1 procent.’
De prioriteit die wordt gegeven aan koopkrachtbehoud van het loon brengt met zich mee, dat er beperkt financiële ruimte overblijft voor kosten die gepaard gaan met andere arbeidsvoorwaarden zoals reiskosten, toeslagen en verlof. De VGN-delegatie heeft daarom aangegeven dat het van belang is nu eerst de kosten van mogelijke afspraken op deze en nog andere onderwerpen in beeld te brengen.
Bezorgde reactie vakbonden
In een eerste reactie lieten de vakbonden weten op prijs te stellen dat dit bod concreet en duidelijk was, al werd meteen ook zorg geuit over de financiële beperking die er in hun ogen in zit. Die beperking komt onvoldoende tegemoet aan de eigen inzet, klonk het. Er werd afgesproken eerst door te praten over andere onderwerpen die geld kosten. Om te kunnen vaststellen wat die kosten betekenen voor de loonontwikkeling.
Reële vergoeding voor extra werk
Een aan het loon gerelateerd onderwerp dat vervolgens ter sprake kwam was ‘overwerk-meerwerk’. Daarover is in verkennende zin van gedachten gewisseld. Aanleiding is dat op grond van Europese rechtspraak geen onderscheid meer gemaakt mag worden tussen full- en parttimers als zij overwerken. Vreugdenhil: ‘Jurisprudentie van het Europese Hof verplicht cao-partijen om onderscheid tussen parttimers en fulltimers in de waardering weg te nemen. Wij willen werken aan een voorstel voor een reële vergoeding voor de momenten waarop we extra inzet vragen aan medewerkers.’
Aanvullende voorstellen volgen
De VGN liet verder weten dit vraagstuk te willen oplossen in samenhang met het thema waarderen/belonen van flexibiliteit en het werken op zogenoemde inconveniënte tijden, dat door de vakbonden als inzet was ingebracht. De werkgevers kondigden aan tijdens de volgende onderhandelingsdag met een voorstel te willen komen. Met de bonden werd afgesproken daarbij ook te kijken naar het stimuleren van grotere contracten in combinatie met het aantal opkomstmomenten en de mogelijkheid van langere diensten.
Aandacht voor zij-instromers
Bij het thema Leren & ontwikkelen legde de VGN concrete loon- en vergoedingsvoorstellen neer over de arbeidsvoorwaarden voor leerlingen, stagiaires en zij-instromers die een opleiding volgen. De snel groeiende groep zij-instromers is van dit potentieel misschien wel de meest interessante. Zij brengen werkervaring mee, maar zijn specifiek in de gehandicaptenzorg nog onvoldoende bekwaam. Dat vraagt volgens Vreugdenhil om creativiteit in het bepalen van arbeidsvoorwaarden. ‘Zij moeten zich in feite nog kwalificeren voor sector. Maar de drempel mag niet te hoog zijn. Hierbij speelt dat we niet te rigide moeten zijn in het klassieke ‘diploma denken’ en al opgebouwde skills ook waardering moeten geven.’
Afdronk met bijsmaak
De vakbonden waren duidelijk in hun afdronk van deze onderhandelingsronde: er is in hun ogen onvoldoende ruimte voor loon en overige dossiers. Niettemin was de inhoud van het overleg interessant genoeg om de vervolgafspraak op 11 februari in de agenda’s te laten staan. Ook voor 3 maart staat er nog een overleg gepland.