Wet marktordening gezondheidszorg en wijziging taken NZa
De VGN heeft in haar brief van 11 juli 2016 bij de Tweede Kamer voor enkele punten aandacht gevraagd bij de behandeling het wetsvoorstel met wijzigingen van de Wet marktordening gezondheidszorg. Met dit wetsvoorstel wordt geregeld dat het markttoezicht (fusie en marktmacht) van de NZa naar de ACM gaat. Verder een nieuwe taakverdeling tussen de minister en de NZa. Die houdt in dat de minister voortaan direct in ministeriële regels onder andere vastlegt wat de tariefprincipes zijn en welke prestatiestructuur geldt. De NZa is verantwoordelijk voor de uitvoering en geeft individuele tariefbeschikkingen af aan zorgaanbieders. Daarnaast komt er een 'gebodstelsel in plaats van een verbod stelsel'. Dat betekent dat er ruimte is voor zorgaanbieder en zorgverzekeraar om zelf afspraken te maken over (de inhoud van) zorgprestaties. De NZa hoeft dan niet eerst een prestatiebeschrijving vast te stellen.
Reactie VGN
De VGN is het eens met de hoofdlijn van het wetsvoorstel. We vragen nog aandacht voor:
- Algemeen: een samenhangende visie op het toezicht in de zorg door ACM, NZa en IGZ
- 'Knip' in taken VWS en NZa: waarborgen dat het proces van zorgcontractering niet in de knel komt door lange doorlooptijden
- Deregulering en administratieve lasten: waarborgen dat administratieve lastendruk niet oploopt door (uitvoerings)voorschriften van de NZa.
- Markttoezicht: juiste kennis bij de ACM?;
- Slotopmerkingen: langdurige zorg is cliëntenbelang niet automatisch geborgd bij inkoper van zorg; te weinig gedaan aan slagvaardig toezicht op zorgkantoren
Inhoud wetsvoorstel
1. Knip in taakverdeling tussen de minister en de NZa.
In de praktijk was het al zo dat de minister het beleid bepaalde. Bij de reguleringskaders die in een ministeriële regeling komen kunt u denken aan:
-
de prestatiestructuur (zzp's, dbc's)
-
tariefprincipes (op basis van rondrekenen, Budgettair kader Zorg en tariefsoort (max. of bandbreedte)
-
experimenten
-
macrobeheersheffing
-
beschikbaarheidsbijdrage
De NZa geeft individuele tariefbeschikkingen af en kan nadere regels stellen over de uitvoering. bijvoorbeeld de procedure om een tarief of prestatiebeschrijving aan te vragen. (zie schema huidige taakverdeling en nieuwe taakverdeling).
2. Deregulering (van verbodstelsel naar gebodstelsel)
De minister bepaalt (a.d.h.v. wettelijke criteria) of een vorm van zorg onder de prestatieregulering valt. Bij regulering is er nog steeds een verbodstelsel. Dat betekent dat er geen prestatie in rekening gebracht mag worden als de NZa daar geen prestatiebeschrijving voor heeft vastgesteld. Als er geen regulering is, hebben zorgaanbieder en zorgverzekeraar vrijheid en mogen zij zelf afspraken maken over zorgprestaties. Er gelden bij deregulering dan wel transparantie, declaratie, administratie of informatieverplichtingen waarop de Nza toezicht houdt.
3. Markttoezicht van NZa naar ACM
De overheveling betreft: het instrument van de aanmerkelijke marktmacht (AMM) en de zorgspecifieke fusietoets. Bij de zorgspecifieke fusietoets zijn aanpassingen gekomen:
-melden bij een zorgomzet van € 7miljoen (was tenminste 50 zorgverleners); tweede drempel (omzet) toegevoegd van € 500.000
-inhoudelijke toets: verplichte motivering alternatieven voor fusie
-stroomlijnen procedure zorgspecifieke fusietoets en concentratiecontrole.
Zie ook het voorgaand artikel waarin wij u informeerden.