Dagbesteding gekoppeld aan groepsgrootte
De VGN heeft met ZN, zorgkantoren en de NZa uitvoerig gesproken over het voornemen van de NZa en ZN om de regelgeving en uitvoeringspraktijk rond dagbesteding voor verblijf en voor MPT te uniformeren. In de ‘Aanvullende publicatie op het landelijke inkoopkader 2017’ geeft ZN aan dat de keuzemogelijkheden in dagbesteding niet bepaald mogen worden door de leveringsvorm die de klant voor zijn/haar overige zorg kiest.
De inzet va de discussie was de wijze waarop de indeling in licht, midden en zwaar bij dagbesteding wordt gebaseerd: groepsgrootte of zorgprofiel. Op dit moment is dat verschillend geregeld: Bij verblijf is het zorgprofiel leidend terwijl bij MPT ook de groepsgrootte c.q. de aard van de dagbesteding bepalend mag zijn voor de keuze van de prestatie.
ZN gaf in de discussie aan de voorkeur te geven aan het zorgprofiel als basis voor de indeling.
De VGN heeft sterk gepleit voor een keuze ten gunste van de groepsgrootte. Dit is de wijze die geldend is bij MPT-dagbesteding. Door rekening te houden met zorgprofiel én aard van de activiteiten kan daardoor passende dagbesteding gegeven worden.
De VGN voorzag een enorme daling van dagbestedingsmogelijkheden en budget indien voor een vaste koppeling aan het zorgprofiel gekozen zou worden bij MPT-dagbesteding.
De VGN is verheugd te kunnen melden dat de NZa heeft laten weten vanaf 2018 te kiezen voor de indeling voor licht, midden en zwaar bij dagbesteding zowel bij verblijf als mij MPT wordt gebaseerd op groepsgrootte. De dreigende wijziging voor MPT-dagbesteding is dus van de baan.
Gevolgen aanpassing beleidsregels zzp en vpt
Cliënten die, los van een zzp of vpt, dagbesteding afnemen, zullen in het zorgplan moeten bespreken welke wijze van dagbesteding het best passend is voor de cliënt. Nu er geen automatische koppeling is tussen zorgprofiel en dagbesteding licht, midden en zwaar kunnen zij hierover in gesprek met zorgaanbieder en Wlz-uitvoerder. De beschrijving van het zorgprofiel biedt hierin houvast omdat daar aangegeven wordt wat de gemiddelde groepsgrootte is.
ZN zal in het zorginkoopkader 2018 rekening houden met het feit dat er geen harde koppeling meer is tussen zorgprofiel en indeling licht, midden en zwaar bij dagbesteding.
De tekst ‘De groepsgrootte wordt niet alleen bepaald door de zorgzwaarte van de cliënt maar hangt ook samen met de aard van de aangeboden dagbestedingsactiviteiten’ uit de beleidsregel ‘Prestatiebeschrijvingen en tarieven modulaire zorg’ wordt vanaf 2018 ook toegepast in de beleidsregel ‘Prestatiebeschrijvingen en tarieven Zorgzwaartepakketten’ en de beleidsregel ‘Volledig Pakket Thuis’.
De koppeling tussen zorgprofiel en indeling licht, midden en zwaar wordt uit de beleidsregels verwijderd. Hiervoor komen in de plaats de groepsgroottes die horen bij licht, midden en zwaar.
De keuze voor groepsgrootte heeft de volgende redenen:
1. Keuzevrijheid van de cliënt voor de wijze waarop dagbesteding wordt afgenomen
Een harde koppeling tussen zorgprofiel en de wijze waarop dagbesteding wordt afgenomen, beperkt de cliënt in zijn keuzes. De tariefstelling van licht, midden en zwaar is gebaseerd op de tijd en aandacht die een cliënt nodig heeft wat resulteert in kleinere of grotere groepen. Het zorgprofiel bepaalt de aandacht en tijd die een cliënt nodig heeft maar ook de aard van de dagactiviteit. De tekst in de beleidsregel modulair pakket thuis (de groepsgrootte wordt niet alleen bepaald door de zorgzwaarte van de cliënt maar hangt ook samen met de aard van de aangeboden dagbestedingsactiviteiten) sluit aan bij dit uitgangspunt.
Bij een koppeling met het zorgprofiel weet de cliënt niet waar hij/zij aan toe is. In het zorgprofiel wordt reeds aangegeven, dat indien er sprake is van dagbesteding, wat de gemiddelde groepsgrootte is, maar daar kan de cliënt geen rechten aan ontlenen. Het begrip ‘gemiddelde’ houdt in dat de groep waarin de cliënt zich werkelijk bevindt groter of kleiner kan zijn dan het gemiddelde. Door het gemiddelde onnodig (want dit is al vermeld in het zorgprofiel) te verheffen tot een keiharde norm wordt voorbijgegaan aan de keuzevrijheid van de cliënt. In de ‘Aanvullende publicatie op het landelijke inkoopkader 2017’ wordt ook door ZN onderkend dat de impact van een harde koppeling tussen zorgprofiel en indeling in licht, midden en zwaar is onderschat. De consequenties zijn niet alleen van financiële aard, maar grijpen ook direct in op de huidige (keuze voor) dagbesteding van klanten.
2. In de indicatiestelling is er geen koppeling tussen zorgprofiel en dagbesteding meer
Bij de indicatiestelling door het CIZ wordt niet meer aangegeven of er wel of niet sprake zou moeten zijn van dagbesteding. Er worden dus geen indicaties meer afgegeven met of zonder dagbesteding maar alleen een indicatie met een bepaald zorgprofiel. Dagbesteding is volgens de Wlz onderdeel van het verzekerd pakket en toegang tot de Wlz betekent automatisch dat dagbesteding afgenomen kan worden. Het CIZ beslist niet of de zorgbehoefte van de cliënt uitgaat van wel of geen dagbesteding. De dagbesteding is dus losgekoppeld van het zorgprofiel. In dat licht bezien is het ook niet logisch om in de beleidsregels van de NZa wel een harde koppeling te maken tussen zorgprofiel en de wijze waarop dagbesteding wordt afgenomen.