Begeleiding van jonggehandicapten naar werk moet beter
Veel gemeenten hebben de uitvoering van hun re-integratiebeleid voor jonggehandicapten nog niet op orde. Ook 2016 wordt in dit opzicht een ‘transitiejaar’. Vooral jongeren met een verstandelijke beperking dreigen tussen wal en schip te vallen. Dit blijkt uit onderzoek van Nieuwsuur. Sinds 1 januari 2015 zijn de gemeenten hiervoor verantwoordelijk, maar vooral kleinere gemeenten hebben nog geen idee hoe ze deze groep naar werk moeten begeleiden. Terwijl het juist voor jonggehandicapten essentieel is dat zij direct vanuit school worden begeleid naar werk.
Deze onwenselijke situatie vraagt om goede samenwerking tussen de gemeenten, onderwijsinstellingen en zorgorganisaties. 'Je ziet dat gemeenten in het beginstadium staan', zegt Evelien Meester, die gemeenten adviseert bij de uitvoering van de Participatiewet. 'Ze hebben veel bedacht om leerlingen aan het werk te helpen. Maar de stap om werkelijk banen te creëren is nog lastig te zetten.' Tegelijkertijd is het beschikbare budget voor re-integratie naar werk bij gemeenten gedaald. Gemeenten staat dan ook voor een complexe uitdaging.
Krijgen jonggehandicapten geen begeleiding, dan komen ze thuis te zitten en dreigen ze buiten beeld te raken. Met het risico dat ze hun opgebouwde vaardigheden verliezen, waardoor het vinden van werk nog moeilijker wordt. De VGN vindt het dan ook belangrijk dat gemeenten aan alle jonggehandicapten ondersteuning bieden. Bij voorkeur binnen regionale samenwerkingsverbanden tussen onderwijs en zorg. Niet voor niets zijn bundeling van expertise, continuïteit van begeleiding en voldoende capaciteit succesfactoren voor het vinden van werk. Dit blijkt ook uit onderzoek van Regioplan.