Jaarplan VGN 2025

Op deze pagina vind je het jaarplan VGN 2025. Het jaarplan is opgebouwd uit drie delen namelijk het 'kopverhaal' waarin we terugblikken op vijf jaar Visie 2030 en vooruitkijken naar de volgende vijf jaar, een animatie waarin de thema's van het jaarplan beknopt terugkomen en het volledige jaarplan als download.

Hart jaarplan 2025

Vijf jaar Visie 2030

Een aantal jaar geleden zag de gehandicaptenzorg zich gesteld voor ingrijpende ontwikkelingen en dus voor fundamentele keuzes. Daarbij leefde een breed gedeelde wens en ambitie om ervoor te zorgen dat mensen met een beperking volwaardig kunnen deelnemen aan de samenleving op alle terreinen. Dus een samenleving waar iedereen zijn of haar talenten kan inzetten en daarbij – waar nodig – ondersteund en begeleid wordt.

Met vele betrokkenen hebben we dit vastgelegd in een visie. De Visie 2030 is het uitgangspunt voor de werkzaamheden van de VGN. Inmiddels bestaat de visie vijf jaar. Het is tijd om de balans op te maken.

Een terugblik

Er kan op verschillende manieren naar de resultaten van vijf jaar Visie 2030 worden gekeken.

De meer optimistische kant laat zien dat de Visie 2030 ons sterker heeft gemaakt, dat we daarmee meer dezelfde taal spreken en ons krachtiger kunnen positioneren in het politieke krachtenveld. Daardoor is er meer aandacht gekomen voor mensen met een beperking en hun uitdagingen. Het thema 'complexe zorg' is beter in beeld dan vijf jaar geleden en er wordt zowel gewerkt aan kennisontwikkeling rond deze doelgroep als aan betere (financiële) randvoorwaarden.

Mensen met een beperking hebben meer stem en zeggenschap gekregen en pakken zelf meer het podium. Er ontstaan nieuwe concepten voor wooninitiatieven, nieuwe verbindingen in de maatschappelijke beweging en bewustwording bij gemeenten en maatschappelijke partners. Sociale en technologische innovaties zorgen voor meer regie en een beter leven voor mensen met een beperking. Daarbij hebben we geleerd dat groot denken hand in hand moet gaan met klein doen: organisaties vertalen de visie naar concrete initiatieven waarin steeds nadrukkelijker de samenleving wordt opgezocht.

In de afgelopen jaren is dagbesteding voor veel mensen omgezet naar meedoen, naar werk op allerlei manieren. De mens met een beperking wordt gezien als iemand met veel mogelijkheden om van betekenis te zijn voor anderen.

Bovendien zijn we ons meer bewust dat netwerken voor mensen zo ongelooflijk belangrijk zijn en een echte relatie voor iemand een heel proces is en ontstaat door allerlei kleine stappen waarbij vertrouwen zo belangrijk is.

Als we een kritischere bril opzetten, moeten we constateren dat er nog heel veel werk te verrichten is. Het gedachtegoed dat iedereen mee kan doen is niet vanzelfsprekend. Het regeerakkoord rept helemaal niet over de gehandicaptenzorg of mensen met een beperking. De recente review van het VN-Verdrag Handicap laat een zeer kritisch beeld zien over de positie van Nederland als het gaat om de mensen met een beperking.

Daarnaast kunnen wij wel spreken over ‘inclusie’ maar juist door ons bestaan maken we ‘exclusie’ mogelijk. Eigenlijk heeft de gehandicaptenzorg een aanzuigende werking en maken wij uitsluiting mogelijk. Dus wij hebben echt zelf de taak en de opdracht om midden in die samenleving te staan en bij elk initiatief ons af te vragen of we het wel zelf moeten doen of dat we een andere rol kunnen pakken: normaliseren en andere partijen helpen en faciliteren.

Ten slotte is de arbeidsmarktsituatie de afgelopen vijf jaar significant verslechterd. Het tekort aan zorg-opgeleid personeel geeft instabiliteit, duwt vele mensen in de de waan van de dag, zorgt op meerdere plekken voor een overlevingsstand en beperkt daarmee de ruimte voor het meer toekomstgericht werken. Maar tegelijkertijd geeft het tekort aan zorg-opgeleid personeel extra druk op de gewenste en noodzakelijke verandering; we kunnen zo niet doorgaan, het moet anders en dan geeft de Visie 2030 de richting aan.

Het roept wel de vraag op of onze ambities met de toekomstige menskracht en middelen nog wel zijn te realiseren. We wekken mogelijk verwachtingen die misschien niet meer waar te maken zijn bij onze stakeholders. We raken aan grenzen die we moeten durven verkennen en benoemen.

Uitdagingen

Voor de komende vijf jaar is vasthoudendheid en een lange adem cruciaal. Dit is geen kleine verandering, dit is een transformatie, een fundamentele verandering ten opzichte van de zorg die we decennialang hebben gegeven. De visie blijft het vertrekpunt. Dit helpt ons focus houden op waarom en hoe we het doen. Om daarbij niet gelijk grote stappen te verwachten, maar juist in te zetten op de lange termijn. We moeten vasthouden en volhouden en blijven investeren in kennis en kunde, in netwerken en werk.

Er is binnen onze vereniging veel intrinsieke betrokkenheid om het goede te doen. Dat is mooi om te zien. Anderzijds hebben we ook nog het nodige te doen ten aanzien van de professionalisering van ons werk en het balanceren van ziel met gezonde zakelijkheid. Er zijn grote verschillen tussen zorgorganisaties binnen de VGN als het gaat om opvattingen over inhoud en vorm. Hierover willen we meer het gesprek gaan voeren.

We zullen ons steeds vaker de kritische vraag moeten stellen of professionele inzet wel nodig is, en of we de kwaliteitsnorm niet zó hoog gelegd hebben dat familie en het netwerk van iemand met een beperking denkt dat zij onvoldoende ondersteuning of zorg kunnen bieden. Die vraag zullen wij steeds zelf kritisch moeten stellen. We doen wat nodig is maar moeten ook ‘ terugbewegen’ naar die samenleving, naar het netwerk van informele zorg, naar zelf doen in plaats van betaalde zorg. Heel veel werkzaamheden die eigenlijk horen bij ‘er zijn voor elkaar’ zijn de afgelopen decennia in de professionele zorg terechtgekomen. Dat is niet alleen vanuit financieel standpunt verkeerd, het is ook nadelig voor de samenleving zelf. We zijn te ver doorgeschoten met individualisering en de zorg die alles moet oplossen.

Een andere uitdaging die we zien, is dat de wil om te veranderen (meedoen, leven is meer dan zorg) wordt overschaduwd door de noodzaak om te veranderen (personeelstekort, financiële druk). ‘Moeten veranderen’ is zelden een vruchtbare basis. Daarbij speelt ook mee dat er nog te veel belangen zijn om het bij het oude te houden, het is heel spannend om het echt anders te doen en los te laten. Het is dan soms gemakkelijker om het te doen zoals we het gewend zijn en waar we ons comfortabel bij voelen. Er zijn talloze voorbeelden waarin we het lastig vinden om mensen de ruimte te geven en zelf te kiezen. Dat geldt zowel voor medewerkers als voor mensen met een beperking. We denken nog zo vaak voor de ander en vullen in wat beter zou zijn. Deze belangen zitten zowel bij management en staf als bij medewerkers, bewoners en familie. Veranderen van binnenuit is enorm lastig. Daarom moeten we steeds voorbeelden blijven delen en laten zien dat het wel kan. En de visie vertalen in concretere perspectieven voor medewerkers: wat betekent de visie voor mijn baan, wat betekent het voor mij, wat wordt er van mij gevraagd, hoe word ik daarin ondersteund? Zodat iedereen ook voor zichzelf kan bepalen waar de uitdaging zit, wat het leuk maakt, wat er nog te leren is en wat complex is.

Regionale samenwerking wordt de komende jaren steeds belangrijker. Leden van de VGN kunnen we elkaar op regionaal niveau versterken in deze transformatie; samen communiceren richting stakeholders, samen scholen en opleiden, samen de keten voor complexe zorgvragen vormgeven, samen de verpleegkundig-medische zorg vorm en inhoud geven en afspraken maken over specialisatie. De gezamenlijke visie hebben we al!

Ten slotte hebben we aanjagers, verbinders, ‘er-in-gelovers’ nodig en een platform waar we op terug kunnen vallen om weer te zien dat het echt kan. We willen onze beweging nog veel groter maken. Door verhalen te blijven vertellen. En elkaar te blijven inspireren. Meedoen bestaat uit zoveel en kan op zoveel verschillende manieren. Laten we onszelf verrassen en nieuwe mogelijkheden bedenken!

Vooruitblik

Walt Disney heeft ooit gezegd: "a plan is a dream with a deadline". Het is belangrijk dat we onze visie meer planmatig gaan vertalen naar concrete resultaten. Dat betekent dat we onze doelstellingen op de groeigebieden concretiseren en omzetten in acties met termijnen. Kijkend naar de groeigebieden is het beeld dat we veel voortgang hebben gerealiseerd rond 'leren en ontwikkelen' en 'maatschappelijke beweging'. Het ontbreekt echter aan inzicht en overzicht om dit te objectiveren. Het hebben van een visie betekent ook meer en beter vooruitkijken. Als we scherper in beeld hebben hoe onze doelgroep(en) zich de komende decennia zullen ontwikkelen en als we weten hoe ons arbeidsmarktperspectief is, dan weten we voor welke uitdagingen we staan. Wat kan daarin dan de bijdrage zijn van de groeigebieden en welke keuzes hebben we daarin te maken?

Daarnaast is onze ambitie dat over vijf jaar alle mensen met een beperking gewoon kunnen meedoen, voor een belangrijk deel afhankelijk van andere partijen, niet alleen de overheid, maar ook bijvoorbeeld het onderwijs en het bedrijfsleven. Binnen de grenzen van onze verantwoordelijkheid en invloed moeten we kijken wat wij zelf kunnen bijdragen aan die ambitie en tegelijkertijd moeten we anderen bewegen met ons samen te werken aan die ambitie. Dat vraagt een niet-aflatende intrinsieke drive, een krachtige lobby en ook om realiteitszin.

Bovenstaande betekent dat we het komende jaar willen reflecteren op de vraag waar we staan met het realiseren van onze visie. Hiertoe doorlopen we een proces waarin we de Visie 2030 herwaarderen en waarbij bestuurders, professionals, mensen met een beperking en hun netwerk zich betrokken voelen. Daarbij toetsen we het het hart van de Visie 2030 en de groeigebieden inhoudelijk aan de huidige tijdgeest, sturen we waar nodig bij en scherpen we waar mogelijk aan.

Jaarplan VGN 2025

Download hier het jaarplan VGN 2025 waarin dertien thema's beschreven worden waarop extra focus komt te liggen.