Gehandicaptenzorg in de politiek: welingelichte Kamerleden

Aan de start van het nieuwe jaar, terwijl de kabinetsformatie nog gaande is, organiseerden we vanuit onder meer de VGN een lunch met meerdere zorgwoordvoerders van politieke partijen. Doel: hen beter bekend maken met mensen met een beperking en de gehandicaptenzorg.

Boris van der Ham

Terugkerend ritueel

Zo’n kennismaking is een terugkerend ritueel. Bij de laatste Tweede Kamerverkiezingen is meer dan de helft van de Kamerleden vertrokken, waardoor we te maken hebben met nieuwe politici, die vaak weinig tot geen kennis hebben van de gehandicaptenzorg. En hoe zinnig de lunch met deze nieuwe lichting Kamerleden ook was, het kan zo maar zijn dat over een paar maanden de onderwerpen (portefeuilles) binnen de fracties anders worden ingedeeld, waardoor woordvoerders opnieuw veranderen, en we eigenlijk weer opnieuw kunnen beginnen. 

Portefeuilles 

Soms is dat best vermoeiend, maar laat ik the bright side van deze soms snelle portefeuillewisselingen eens proberen te zien. Wij willen als VGN immers dat er integraal naar mensen met een beperking wordt gekeken. De onderwerpen die hen raken, bestrijken namelijk veel meer portefeuilles dan alleen de zorg. 

Dat heb ik in ieder geval ervaren toen ik tussen 2002 en 2012 zelf in de Tweede Kamer zat. Ik zat destijds steeds in kleine fracties, dus had heel veel onderwerpen op mijn bordje. En hoewel ik nooit formeel woordvoerder gehandicaptenzorg was, kwam het onderwerp bij van alles langszij. Zo kreeg ik bij mijn deelportefeuille Verkeer en Waterstaat te maken met het Valys-vervoer (vervoer voor ouderen of mensen met een chronische ziekte of beperking) en als woordvoerder binnenlandse zaken schreef ik een wet die de grond handicap wilde toevoegen aan het non-discriminatie artikel in de Grondwet.   

Europese samenwerking

Ik was tegelijk ook woordvoerder onderwijs, en kreeg te maken met de Wet passend onderwijs. In die tijd mailde een moeder uit Maastricht mij. Zij legde uit dat haar zoon met een beperking alleen naar een passende middelbare school in Noord-Brabant kon, wat inhield dat hij op zijn twaalfde al uit huis moest. Een vergelijkbare school met passende zorg stond in Hasselt, dicht over de grens in België. Maar de wet stond niet toe dat het leerlingenvervoer naar ‘het buitenland’ werd betaald. Via een wijzigingsvoorstel op de wet heb ik toen geregeld dat kinderen in grensprovincies ook kunnen kiezen voor scholen met passend onderwijs in de Euregio met Vlaanderen en Duitsland. En zo werd weer een ander woordvoerderschap aangevinkt: ‘Europese samenwerking’.

Kennis en alertheid

Ik wil maar zeggen: het terugkerende ritueel van het informeren van Kamerleden over gehandicaptenzorg is nooit tevergeefs. Mochten ze later toch weer een andere portefeuille krijgen, dan hopen we dat hun kennis en alertheid voor deze belangrijke groep Nederlanders ermee aangewakkerd is. Of het nou onderwijs, mobiliteit, justitie, volkshuisvesting of zorg is – mensen met een beperking kom je over al tegen. 

Informatie

Deze blog komt uit de eerste editie van 2024 van Markant, het tijdschrift van de VGN. 

Lees meer over de bijeenkomst voor Tweede Kamerleden die op 31 januari werd gehouden.