Houvast: onvoorwaardelijke steun
De vijfenvijftig ‘complexe’ cliënten van zorgorganisatie Houvast in Tilburg wonen begeleid zelfstandig. Dat kan doordat het team zorgverleners onvoorwaardelijke steun biedt. Hoe ziet dat eruit in de dagelijkse praktijk?
Moeilijk plaatsbare cliënten
‘Sorry nog van gisteren’, zegt Bert Coenen uit Tilburg (47) tegen begeleider Albert Elbertsen. De verwarmingsmonteur had tevergeefs aangebeld, want Bert was in slaap gevallen. ‘Ah, joh, geeft niet’, antwoordt Albert. ‘Als je slaapt dan slaap je.’
Ooit hoorde Bert bij de groep moeilijkst plaatsbare cliënten in Nederland, onder andere vanwege zijn psychiatrische problematiek en excessief middelengebruik. Sinds een half jaar woont hij bij Houvast en gaat het goed. ‘Absoluut’, bevestigt hij, terwijl hij zijn shag in een vloeitje rolt. ‘Lekker op mijn eigen.’ Elke dag om 11.00 uur komt er iemand van Houvast. Ze drinken samen koffie, helpen hem denken aan zijn medicijnen, of gaan er even op uit voor een boodschap, een klusje of een bezoek aan zijn moeders graf. Op tafel staat een bos tulpen. ‘Ik koop er altijd twee’, zegt hij. ‘Een voor op het graf van mijn moeder en een voor mijzelf.’
Regie over eigen leven
Houvast biedt zorg én begeleid wonen aan cliënten met een lichte verstandelijke beperking in combinatie met een hoog zorgzwaartepakket vanwege aanpassings- en gedragsproblemen. Marc van Bekhoven is een van de oprichters. ‘Deze cliënten worden door veel zorgorganisaties als ‘complex’ bestempeld. Zodra het uit de hand loopt, verhuizen ze naar een volgende organisatie. Maar niemand heeft een passend aanbod. Het komt er uiteindelijk op neer dat het probleem bij de cliënten wordt gelegd. Zij zijn onhandelbaar.’
Bij Houvast kunnen deze mensen wél blijven wonen. Niet op een groep, maar begeleid zelfstandig in een eigen huis. Ze worden onvoorwaardelijk gesteund bij alles wat ze doen. Zo nodig wordt de zorg tijdelijk opgeschaald en zo mogelijk afgeschaald. Van Bekhoven: ‘Elke begeleider ondersteunt bij wat op dat moment nodig is. De cliënt bepaalt wat hij wil. Zo krijgen zij langzaam maar zeker de regie over hun leven terug.’
Rechtstreeks aanspreken
Huisvesting is bij Houvast een cruciaal onderdeel van de zorg. De organisatie bouwt met ondersteuning van Rabobank en sociaal maatschappelijk investeerders aan een eigen bestand van passende huisvesting. Van Bekhoven. ‘We huren graag bij een sociale partner’, zegt hij. ‘Maar tegelijkertijd willen wij dat cliënten voor vol worden aangezien. Dus als een cliënt overlast veroorzaakt, willen wij dat hij daar rechtstreeks op wordt aangesproken, liefst door de buren. In plaats daarvan kloppen meestal de wijkbeheerder of woningbouwstichting bij ons aan. Bovendien zijn onze cliënten kwetsbaar. In buurten met veel huurwoningen waar de wet op passend wonen wordt toegepast, lopen ze meer risico op negatieve beïnvloeding dan in buurten met veel eigen woningbezit. Daar heerst in het algemeen toch een andere dynamiek.’
Drie maanden clean
Ook Ronnie Vos (37) woont bij Houvast. Hij somt de verwijten en sancties op die hij zich herinnert uit de tijd dat hij nog bij een instantie woonde: je komt je afspraken niet na, je houdt geen rekening met anderen, ga maar naar je kamer. ‘Ze pushen, pushen, pushen’, zegt hij, en hij mikt even zoveel keren een vuist in zijn handpalm. ‘Kloteninstanties. Ze kunnen daar beter een bom op gooien.’
Ook heeft hij in een kliniek in Dordrecht gewoond om af te kicken van zijn amfetamine- en speedverslaving. Omdat zij hem daar niet gemotiveerd vonden, is hij weer weg gestuurd. ‘Stelletje vuile flikkers,’ zegt hij. Uiteindelijk kwam hij bij Houvast terecht, kreeg hij een vriendin en bleef hij drie maanden clean. Totdat zij vreemdging. ‘Dus nu moet ik dát verdriet weer verwerken.’
Onvoorwaardelijke steun
Albert Elbertsen steunt Ronnie door dik en dun. Hij vertelt op de terugweg: ‘Het viel mij op dat de breedbeeldtelevisie van Ronnie verdwenen was. En laatst was zijn mobiel gestolen, maar de simkaart had hij wel nog. Ik kan hem natuurlijk ter verantwoording roepen, maar dat doe ik niet. Het is zijn leven. En wij steunen hem, welke beslissingen hij ook neemt.’
Ook schrikken zorgverleners van Houvast niet terug voor dreigende taal. Van Bekhoven: ‘Iemand zei laatst: ik draai de gaskraan open en steek het huis in de fik. Veel cliënten hebben een beperkte coping-strategie bij stress. Het is voor hen de manier om hun tanden te laten zien. Voor ons is het de kunst om te achterhalen wat iemand dwars zit. Een teken dat iemand tijdelijk meer zorg en aandacht nodig heeft.’
Rust en voorspelbaarheid
Werk is géén prioriteit bij Houvast. ‘Voor deze mensen is zelfstandig wonen al een vorm van dagbesteding’, zegt van Bekhoven. Belangrijker dan werk vindt Houvast het vertrouwen. Van Bekhoven: ‘Het feit dat er elke dag iemand komt die niet oordeelt, dat is wat deze mensen nodig hebben. Wij kiezen dus voor rust en voorspelbaarheid, niet voor groei naar werk.’
Cliënten stellen zelf hun zorgteam samen, ze kiezen de medewerkers die het best bij hen passen. Ze hebben altijd beschermingsbewindvoering, zodat geld binnen de zorgrelatie nooit een discussiepunt is. Dankzij de aanpak ziet Van Bekhoven dat zijn cliënten langzaam maar zeker weer voor rede vatbaar worden: ‘Als buren klagen over harde muziek of rotzooi voor het huis, volstaan vaak kleine interventies als oplossing. Cliënten kunnen hun gedrag beter aanpassen. Want ze kunnen rekenen op steun, vierentwintig uur per dag.’
Niet meer depressief
We rijden door Tilburg en passeren een coffeeshop. ‘Hier zie ik regelmatig een van onze cliënten in de rij staan’, zegt Albert. Ook werd een cliënt laatst gearresteerd vanwege wapenbezit. Albert: ‘Reclassering belde ons. Ze zeiden: wij willen een gesprek met jullie. Ik heb gevraagd: heeft deze cliënt ingestemd met zo’n gesprek? Nee? Dan moeten jullie eerst hem vragen of wij erbij mogen zijn.’ We zijn bij de laatste cliënt van vandaag aangeland: Monique Abels (26). Vroeger was ze depressief, ze lag soms dagenlang in bed. De begeleiding van de zorgorganisatie vergat haar soms, zo heeft zij dat ervaren. Sinds twee jaar woont ze bij Houvast en het gaat beter dan ooit. Vandaag heeft ze zelfstandig de was gedaan en opgehangen en morgen gaat Albert met haar naar de tandarts. ‘Hier is iedereen aardig’, zegt ze. ‘Maar één begeleider kwam zijn afspraken niet na. Dus die heb ik ontslagen.’
Foto Stijn Rademaker