Zorginkoopbeleid Wlz 2018 gepubliceerd
Op 1 juni jl. hebben de zorgkantoren hun inkoopbeleid 2018 gepubliceerd. Dit bestaat uit een gezamenlijk landelijk kader en aanvullend beleid per Wlz-uitvoerder. De VGN heeft het beleid op hoofdlijnen vergeleken en geanalyseerd. Daarbij valt op dat nog steeds grote verschillen bestaan in de bepaling van de tarieven, de eisen die worden gesteld en de manier waarop persoonsvolgende bekostiging wordt vormgegeven.
Beeld Wlz beleid 2018
De zorgkantoren hebben de contouren die zij eerder hadden gepubliceerd nader uitgewerkt in een landelijk kader. Daarnaast hebben zij een nadere invulling daarvan in hun eigen beleid uitgewerkt.
We zien uit het landelijke en de regionale kaders het volgende beeld voor 2018:
- De zorgkantoren gebruiken het kwaliteitskader gehandicaptenzorg voor de inkoop.
- Het woonplaatsbeginsel wordt leidend bij de inkoop, de invulling is nog onduidelijk.
- Bijna alle zorgkantoren hanteren dezelfde tariefskorting als in 2017,
uitzondering zijn de zorgkantoren de Friesland en Midden-IJssel (Salland).
- De NHC en NIC worden voor 100% in het tarief opgenomen.
- Menzis continueert de indeling in verschillende categorieën zorgaanbieders op basis van een
vragenlijst. De tariefstelling is hierop gebaseerd.
- Er worden verschillende doelmatigheidsinstrumenten gehanteerd.
- Het startvolume verschilt per zorgkantoor. Zilveren Kruis kiest voor volledige persoonsvolgendheid
en start met volume 0. De andere grote Wlz uitvoerders continueren hetzelfde startvolume als in 2017.
- Persoonsvolgendheid is uitgangspunt. Herschikking en manier van inzicht geven in benutting
contracteerruimte verschillen. Ook omgaan met mogelijke overschrijding verschilt.
- Bij de meeste zorgkantoren kunnen bestaande aanbieders een contract tot en met 2020 krijgen. Soms
zijn er aanvullende voorwaarden. Alleen bij Menzis en DSW wordt dit niet aangeboden, daar lopen de
meeste contracten nog door tot en met 2018.
- Zorg en zekerheid reserveert een deel van de contracteerruimte voor ontwikkelruimte. De overige Wlz
uitvoerders wachten op extra middelen.
Conclusie
Hoewel een vereenvoudiging is doorgevoerd door de kwaliteitskaders te gebruiken als basis voor de inkoop en daarmee de zelfanalyse, verbeterplannen en de tariefdifferentiatie op kwaliteit af te schaffen, zien we toch dat er grote verschillen blijven bestaan tussen de zorgkantoren. Helaas heeft onze lobby om tot landelijk uniforme vaste reële tarieven te komen, geen resultaat opgeleverd. Ook komen er weer nieuwe onderdelen bij. Daarnaast vergt het woonplaatsbeginsel extra administratieve belasting, waarbij de vraag is of dit niet achter de schermen kan worden gecorrigeerd. De meerjarenafspraken zijn bij de meeste zorgkantoren mogelijk voor 3 jaar, maar betreffen meer de procedure dan de inhoud.
De VGN blijft inzetten op uniform, regelarm en meerjarig inkoopbeleid Wlz.
In de bijlage vindt u de analyse van de VGN.