Voortgangsrapportage beschermd wonen en maatschappelijke opvang
In tien jaar tijd wordt beschermd wonen niet alleen een taak van centrumgemeenten, maar een taak van álle gemeenten. Hiervoor komt een nieuwe verdeling van het geld dat hiervoor beschikbaar is. Daarover zijn minister Ollongren (BZK), staatssecretaris Blokhuis (VWS) en de VNG het eens geworden. Zij stemmen in met het advies van het expertiseteam dat de VNG voor dit vraagstuk in het leven heeft geroepen. Daarnaast zijn afspraken gemaakt over de manier waarop de transitie in beschermd wonen de komende jaren tot stand moet komen.
Meerjarenagenda Beschermd Wonen en Maatschappelijke Opvang
In de meerjarenagenda (2018) staan de thema’s centraal waarop lokale, regionale en landelijke partijen intensiever willen samenwerken om de implementatie van de visie van de Commissie Toekomst beschermd wonen (Cie. Dannenberg, 2016) te versnellen. De concretisering van de ambities van de meerjarenagenda vindt plaats langs twee lijnen: a. versnelling van de lokale en regionale samenwerking en b. de landelijke ondersteuning van lokale en regionale partijen.
Als onderdeel daarvan hebben de gemeenten afgesproken om in 2017 in hun regio een plan te maken over hoe zij de ondersteuning aan cliënten van beschermd wonen en maatschappelijke opvang de komende jaren vormgeven. Inmiddels beschikken 45 van de 46 centrumgemeenten over een regioplan. Staatssecretaris Blokhuis gaat persoonlijk contact op nemen met de centrumgemeente die dit nog niet heeft.
Verdeelmodel en doordecentralisatie
De ministeries van BZK en VWS zijn met de VNG overeengekomen in tien jaar tijd tot een objectief verdeelmodel en algehele doordecentralisatie van beschermd wonen te komen. Dat betekent dat gemeenten in die periode geleidelijk overstappen van de huidige historische verdeling over centrumgemeenten naar een volledig objectieve verdeling over alle gemeenten. Vanaf 2022 wordt een deel van de middelen voor het eerst objectief verdeeld. De centrumgemeenten blijven verantwoordelijk voor bestaande cliënten. De nieuwe cliënten vallen vanaf 2022 onder de verantwoordelijkheid van alle gemeenten. Over de eventuele doordecentralisatie van de maatschappelijke opvang zal op basis van een evaluatie in 2026 een beslissing worden genomen.
Verplichte samenwerking gemeenten
Gemeenten hebben afgesproken zich te blijven inzetten voor het tot stand brengen van de beweging om mensen meer in de wijk te huisvesten en te begeleiden, in plaats van in een instelling. Hiervoor is afgesproken om eind 2019 concrete uitvoeringsafspraken beschikbaar te hebben in de vorm van een regioplan. De gemeenten hebben ingestemd met het advies om verplicht regionaal samen te werken om cliënten op een goede manier te kunnen blijven ondersteunen. Hoe de verplichte samenwerking er exact gaat uitzien, wordt de komende maanden nader uitgewerkt. Ook andere elementen uit het advies zullen de komende maanden worden geconcretiseerd, zoals de instelling door Rijk en gemeenten van een Taskforce die de inhoudelijke beweging aanjaagt en monitort.
De Kamerbrief voegen we als bijlage toe.