Van Rijn: ‘Wet Zorg en Dwang moet leiden tot cultuurverandering’
De wet Zorg en Dwang moet samen met Actieprogramma Onvrijwillige Zorg leiden tot een cultuurverandering. Dat zei staatssecretaris Martin van Rijn gisteravond in het Kamerdebat tijdens de verdediging van zijn wetsvoorstel.
Voor die cultuurverandering is volgens Van Rijn vooral meer bewustwording nodig bij zorgverleners en hun leidinggevenden. Hij weigerde in te gaan op het verzoek van vooral Renske Leijten van de SP om zorgaanbieders te verplichten iedere vorm van vrijheidbeperking direct te melden bij de inspectie.
Van Rijn wilde ook geen nader onderscheid in het wetsvoorstel aanbrengen tussen lichte en zware vormen van vrijheidsbeperking, omdat hij vindt dat het perspectief van de cliënt leidend is. Wat de één als licht ervaart, is voor de ander zwaar. Zodra een cliënt zich tegen een vorm van zorg verzet, moet de zorgverlener het opschalingsmodel, of stappenplan, volgen. Als het gaat om een inperking van de bewegingsvrijheid van een cliënt of het toedienen van medicatie moet het stappenplan altijd worden gevolgd, dus ook als de cliënt zelf toestemming heeft verleend.
In de zesde nota van wijziging, die Van Rijn dinsdagavond aan de Kamer stuurde, formuleert hij hierop wel een belangrijke uitzondering, waarmee de definitie van onvrijwillige zorg enigszins wordt ingeperkt. Gedragsregulerende medicatie voor cliënten met een psychische stoornis wordt niet beschouwd als onvrijwillige zorg. Daarmee is deels tegemoet gekomen aan de bezwaren van de VGN.
Tijdens het debat kwam Van Rijn de Tweede Kamer op verschillende punten wel tegemoet. Cliëntvertrouwenspersonen krijgen een onafhankelijk positie, zoals op dit moment in de ggz ook het geval is. In het oorspronkelijke wetsvoorstel Zorg en Dwang was wel opgenomen dat organisaties een cliëntvertrouwenspersoon moeten hebben, maar niet dat hij of zij onafhankelijk is. Ook stemde de staatssecretaris in met de wens van de Kamer om de wet snel te evalueren.
De staatssecretaris wil verder dat er uniforme definities worden ontwikkeld voor de registratie van onvrijwillige zorg door zorgverleners. Daarmee ging hij in op verzoeken van de Kamerleden Vera Bergkamp van D66 en Tunahan Kuzu van de PvdA.
De wet Zorg en Dwang gaat volgens de staatssecretaris ook gelden in thuissituaties. Hij zei in reactie op vragen van vooral Hanke Bruins Slot (CDA) en Kees van der Staaij van de SGP, dat hij daarvoor zelfs extra waarborgen wil formuleren, bijvoorbeeld met betrekking tot fixatie.
Vanavond debatteert de Tweede Kamer verder over het wetsvoorstel Zorg en Dwang. @VGNbranche twittert tijdens het debat over hoofdpunten.