Uitspraak beroep CBb weeffouten zorgzwaartebekostiging
Het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) heeft op 5 juni 2013 uitspraak gedaan inzake de invoering van de zorgzwaartebekostiging. Teleurstellend is de conclusie dat de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) van het CBb de vrije beleidsruimte krijgt om een tarievenoperatie uit te voeren met een functionele harmonisatie die op onderdelen geen dekkend tarief oplevert.
De volgende punten in de uitspraak zijn van belang:
- Het beroep over het gestelde dat ZZP 7 VG ten onrechte slechts door zorgaanbieders met een WTZi-toelating voor SGLVG-verblijfplaatsen kan worden gedeclareerd over de periode 1 januari 2009 - 1 juli 2009 is ongegrond verklaard door het CBb. Volgens het CBb is de opmerking van de Staatssecretaris hieromtrent in de toelichting bij de aanwijzing van 31 oktober 2008 niet meer dan een ‘zijdelingse opmerking’, waaraan het geen gevolgen verbindt.
- De ZZP 1 t/m 5 LVG tarieven dekken weliswaar niet alle kosten, maar dat vindt het CBb onvoldoende om te zeggen dat de tarieven ontoereikend zijn en verwijst naar de budgetstijgingen en positieve resultaten van de instellingen.
- Bij de ZZP 1 t/m 7 LG, bij de kosten woonzorg voor kinderen en ZZP VG 5, vindt het CBb het rapport "Dagbesteding in de LG sector" onvoldoende om van ontoereikende tarieven te kunnen spreken. In de harmonisatie is een volledige dekking ook niet gegarandeerd. Het college ziet ‘onvoldoende aanknopingspunten’ voor een strenger oordeel.
- Het college ziet ook ‘geen aanknopingspunt’ voor het oordeel dat het onderhoudswerk van de ademhalingsondersteuningstoeslag te laat is ingevoerd (pas in 2010).
Samenvattend vindt het college de tarieven gemiddeld genomen niet onredelijk ook al ondervindt een aantal zorgaanbieders daar negatieve financiële gevolgen van.
Heeft u vragen? Voor juridische vragen kunt u terecht bij mevrouw T. (Tineke) Donga, 030-27 39 624 of tdonga@vgn.nl. Als u bekostigingsvragen heeft, neemt u contact op met de heer H. (Hans) Cosijnse, 030-27 39 368 of hcosijnse@vgn.nl.