Standpunt ActiZ, NVAVG, Verenso en VGN over toekomst crisisdiensten
ActiZ, NVAVG, Verenso en VGN willen één crisisdienst per regio voor zowel de psychiatrie als de VVT en de gehandicaptenzorg, en goede afspraken tussen de branches en met zorgverzekeraars over crisisopvang en vervolgzorg. Dat staat in het standpunt van ActiZ, NVAVG, Verenso en VGN over de toekomst van de crisisdiensten dat naar de Nederlandse GGZ, VWS, NZa en ZN is gestuurd (zie bijlage). De door de GGZ bepleite 24/7 beschikbaarheid van SO’s en AVG-artsen voor het doen van crisisbeoordelingen achten wij onnodig en uiterst ondoelmatig.
GGZ Nederland heeft eerder een standpunt ingenomen over het toekomstig beleid van de GGZ-crisisdiensten ten aanzien van cliënten die (mogelijk) onder de reikwijdte van de Wet zorg en dwang vallen (brief van 9 april 2020, Notitie toekomstig beleid crisisdiensten betreffende Wvggz en Wzd). ActiZ, NVAVG, Verenso en VGN (hierna de VVT/VG) kunnen zich op belangrijke onderdelen vinden in de zienswijze van GGZ Nederland. Net als GGZ Nederland willen de VVT/VG graag een goede samenwerking tussen de crisisdiensten en organisaties in de VG, de verpleeghuiszorg en de wijkverpleging. Een toenemend aantal cliënten binnen deze branches heeft te maken met dubbelproblematiek: de cliënt heeft naast een psychogeriatrische stoornis of een verstandelijke beperking ook een psychiatrische stoornis. Deze cliënten moeten er van op aan kunnen dat passende en tijdige zorg geboden wordt in nauwe samenwerking tussen de GGZ en de VVT/VG. Vooral het zoeken naar een beschikbare plaats voor een cliënt met een IBS is in de huidige praktijk extreem tijdrovend voor de crisisdiensten. Essentieel daarom dat er voldoende crisisplaatsen beschikbaar zijn, niet alleen in de GGZ, maar ook in de VVT/VG. Voor de VVT/VG gaat het om de beschikbaarheid van plaatsen voor de eerste opvang van cliënten die met een IBS worden opgenomen, en voor voldoende plaatsen voor de vervolgzorg. Idealiter moet een crisisplaats binnen een etmaal beschikbaar zijn. Belangrijk is dat voor deze plaatsen tevens in voldoende mate diagnostiek en behandeling beschikbaar is.
Dat vraagt om een integrale aanpak waarbij de GGZ-crisiszorg ex Zvw en de VVT/VG-crisiszorg ex Wlz in samenhang wordt gecontracteerd door zorgverzekeraars en zorgkantoren. De VVT/VG willen graag samen met de GGZ en de zorgverzekeraars een dergelijke integrale aanpak ontwikkelen.
GGZ Nederland vindt dat de SO en de AVG (naast de psychiater) ook de geneeskundige verklaring ten behoeve van de IBS moet verzorgen. Dat vergt een 24/7 beschikbaarheid van SO's en AVG's. Dit standpunt heeft geen juridische basis. De psychiater was binnen de wet Bopz bevoegd om de geneeskundige verklaring ten behoeve van een IBS te verzorgen en is dat binnen de Wzd nog steeds. Het is dus niet nodig om deze taak ook bij de SO of AVG neer te leggen. Inhoudelijk is er op het moment van crisisbeoordeling bovendien vaak niet precies duidelijk wat er exact aan de hand is; in de meeste gevallen is er sprake van dubbelproblematiek met een psychiatrische component. Daarnaast is een 24/7 beschikbaarheid uiterst ondoelmatig. Maandelijks gaat het in totaal voor alle crisisdiensten om circa 15 cliënten met een verstandelijke beperking. Er zouden dan dagelijks 24/7 AVG's beschikbaar moeten zijn, en moet worden geïnvesteerd in training en scholing en in ICT (het verplichte, behoorlijk kostbare Khonraad-systeem). Met gemeenschapsgeld twee disciplines in acute diensten organiseren is erg ondoelmatig.
In de afgelopen periode is door partijen onderling en met VWS gesproken over de vraag hoe het verder moet met de crisisdiensten onder de nieuwe wetgeving (Wvggz en Wzd). Daaruit is gebleken dat menig uitgangspunt door alle partijen wordt gedeeld. Dat laat onverlet dat we ook zien dat partijen op een enkel onderdeel nog van inzicht verschillen, zoals ook blijkt uit de brief van ActiZ, Verenso, VGN en NVAVG van 12 juni jl. Over het vervolg gaan partijen opnieuw met elkaar in gesprek.