Ontwikkelingen indicatiestelling Wlz
Er zijn een tweetal ontwikkelingen rond de indicatiestelling Wlz. We brengen u hier graag van op de hoogte. Het gaat over de uitrol van de werkwijze CIZ versnelt en het ondertekenen van de indicatieaanvraag door familie.
Uitrol van de werkwijze CIZ versnelt
Het CIZ gaat vanaf 1 juli 2019 inzetten op versnelling van het proces van indicatiestelling via de nieuwe werkwijze, CIZ versnelt. Kortgezegd wordt het streven om binnen zeven werkdagen een indicatiebesluit af te geven voor de digitale aanvragen die ingediend zijn via Portero. Dit is het resultaat van pilots die vorig jaar zijn uitgevoerd. De minister heeft recent de Kamer hierover geïnformeerd.
Het indicatieproces wordt versneld doordat het interne werkproces bij het CIZ wordt aangepast (minder overdrachtsmomenten). Daarnaast wordt de aanvraag door een team van medewerkers bekeken en wordt aanvullende informatie snel opgevraagd bij de zorgaanbieder. Persoonlijk contact met de cliënt wordt, wanneer dit nodig is, binnen enkele werkdagen gepland. Dit zorgt ervoor dat de communicatielijnen kort zijn en er snel overlegd kan worden.
Vanaf 1 juli wordt deze werkwijze stapsgewijs ingevoerd. Verwachting is dat eind van dit jaar de werkwijze landelijk is ingevoerd. Het CIZ heeft veel gestelde vragen en antwoorden gepubliceerd. In de bijlage treft u een brochure met meer informatie over de werkwijze CIZ versnelt.
Ondertekening door familie van de indicatie-aanvraag
Door het CIZ en het ministerie van VWS zijn afspraken gemaakt over de ondertekening door familie van de indicatie-aanvraag. Deze oplossing geldt echter alleen voor cliënten met een BOPZ-aanvraag of -status. Voor overige Wlz-aanvragen blijft gelden dat een wettelijke vertegenwoordiger bij de rechter moet worden aangesteld.
In de afgelopen periode hebben VGN en Actiz vaak aandacht gevraagd voor problemen rond de ondertekening van de Wlz-aanvraag.De afspraak tussen CIZ en het ministerie voor ondertekening door familie als sprake is van een BOPZ-aanvraag of -status lost diverse problemen uit de praktijk op, maar VGN betreurt het dat er niet gekozen is voor een fundamentele oplossing.
In principe ondertekent een cliënt zelf zijn aanvraag voor een indicatie voor de Wet langdurige zorg (Wlz). Als de cliënt voor het aanvragen van de indicatie niet (meer) wilsbekwaam is, mag alleen de vertegenwoordiger tekenen voor de aanvraag: de schriftelijk gemachtigde, een mentor of een curator. Een echtgenoot of partner, of een van de kinderen, mag niet tekenen voor de Wlz-aanvraag. Voor de aanvraag tot Bopz-opname mag de familie wel tekenen. Cliënten beschikken niet altijd over een mentor, curator of gemachtigde en dat leidt in de praktijk tot vertraging en ergernis bij een (her)aanvraag van een indicatie.
Afspraken
In de Nieuwsbrief van het CIZ staan de afspraken beschreven:
‘Het uitgangspunt blijft dat een Wlz-aanvraag alleen kan worden ingediend door de cliënt of zijn wettelijk vertegenwoordiger. Sinds juni 2015 geldt dat waar sprake is van een combinatie van een eerste Wlz-aanvraag met een Bopz-aanvraag, de familie van de cliënt - partner, (groot)ouder, (klein)kind, broer of zus - mag tekenen. Vanaf nu (april 2019) geldt deze regel ook als er een vervolgaanvraag voor de Wlz gedaan wordt én de cliënt op dat moment al een Bopz-status heeft. Dit betekent dat ook voor deze aanvragen de genoemde familieleden mogen tekenen. Hier is niet langer een machtiging voor nodig.’
VGN zet zich samen met Kansplus, Actiz en LOC in om de Wlz op dit punt aan te passen om mogelijk te maken dat de familie kan tekenen als de cliënt dan niet meer kan. Daarmee wordt de Wlz in lijn gebracht met andere gezondheidswetgeving waarin de familie wèl een formele rol heeft.