Minister meer grip op NZa
De minister mag van de Tweede Kamer alle besluiten van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) vernietigen als deze in strijd zijn met het recht of het algemeen belang, waaronder begrepen de toegang tot de zorg. De NZa is een van de bestuursorganen die het ministerie van VWS nog niet onder de werking van de Kaderwet zelfstandige bestuursorganen (zbo) had gebracht. In de Tweede Kamer is het wetsvoorstel behandeld, waarmee die bestuursorganen alsnog onder de reikwijdte van de Kaderwet zbo komen. Bij die aanpassingswetgeving had de minister echter afgeweken van zijn bevoegheid om alle besluiten van de NZa te kunnen vernietigen. De Tweede Kamer was het hier niet mee eens en maakte dit bij amendement op 14 december 2010 ongedaan.
Het algemene vernietigingsrecht dat de minister heeft op grond van artikel 22 van de Kaderwet zelfstandige bestuursorganen (zbo) voor besluiten van de zelfstandige bestuursorganen, geldt alleen als deze in strijd zijn met het algemeen belang of het recht. Deze algemene bepaling geldt, na amendering, ook voor de NZa.
Verschil tussen bevoegdheid minister ex Wmg en Kaderwet
De minister mag op grond van huidig artikel 9 van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg) NZa-beleidsregels, die besluiten van algemene strekking zijn, vernietigen. De gronden hiervoor zijn in strijd met het recht of met het belang van de volksgezondheid. Met het amendement dat de Tweede Kamer op 14 december aannam, komt dit artikel 9 van de Wmg te vervallen.
Het verschil tussen het vernietigingsrecht op grond van de Wmg en de Kaderwet is als volgt. Het vernietigingsrecht van de minister op grond van artikel 22 van de Kaderwet reikt verder dan dat volgens de Wmg. Dit komt omdat artikel 22 ook individuele besluiten betreft. Dat betekent bijvoorbeeld dat niet alleen de beleidsregels van de NZa, maar ook individuele beschikkingen van de NZa hieronder vallen. De Tweede Kamer wilde ook dat die individuele besluiten vernietigd konden worden. Bij de bijgevoegde toelichting op het amendement staat verder vermeld dat de indiener vooral heeft gedacht aan verstrekkende besluiten van de NZa die de toegankelijkheid van de zorg wijzigen en waarover politiek en maatschappelijk nog geen consensus bestaat.
Kaderwet zelfstandige bestuursorganen
De Kaderwet zbo is in februari 2007 in werking getreden. Met deze organisatiewet kreeg de minister weer meer grip op zbo´s. De wet bevat onder andere regels voor benoeming en ontslag van bestuurders, regelt de verantwoordelijkheid van de minister en geeft transparantieregels voor de financiele controle. Voor een aantal bestuursorganen die onder het ministerie van VWS horen, moest nu nog geregeld worden dat zij onder de werking van de Kaderwet zelfstandige bestuursorganen kwamen. Dit zijn
- de NZa
- het College voor zorgverzekeringen
- het College ter beoordeling van geneesmiddelen
- Centrale commissie voor medisch wetenschappelijk onderzoek
- Nederlandse Transplantatie Stichting
- Registratiecommissie medische beroepen
- ZorgOnderzoek Nederland
Nog niet onder de Kaderwet
In dit rijtje mist u nog het CIZ en het CAK. Deze komen bij de huidige aanpassingswetgeving nog niet onder de werking van de Kaderwet zbo. Over het CIZ neemt de minister pas een beslissing na besluitvorming over de uitvoering van de AWBZ. Om het CAK als zelfstandig bestuursorgaan te kunnen instellen, is nu wel een apart wetsvoorstel aanhangig in de Tweede Kamer.