Flexibiliteit: Van beheersmaatregel naar een collectieve overtuiging
Veel zorginstellingen onderschrijven de noodzaak om de bezetting van personeel flexibel te organiseren. Dit vloeit voort uit snelle en grillige ontwikkelingen op de zorgmarkt. In de praktijk blijft de flexibiliteit echter nog vaak beperkt tot een interne flexpool, tijdelijke dienstverbanden of de inzet van meer uitzendkrachten. Maar is dit voldoende?
Tijdens de masterclass module ‘Strategisch Arbeidsmarktbeleid’ van de VGN deelde Randstad haar visie op flexibilisering van personeel. De organisatie ziet gemiddeld een flexschil van 10% bepaalde tijdcontracten en oproepcontracten en 1% uitzendkrachten. Welke flexibiliteit wordt dan gevraagd van de overige 89% van de medewerkers en wat valt er te winnen binnen de transformatie van de zorg?
Bij het managen van personeel en inzetbaarheid wordt volgens Randstad nog vaak alleen een tweedeling gemaakt tussen vaste en flexibele krachten. Die tweedeling stamt uit de tijd van de ‘piek-ziekbenadering’ van flexibiliteit. Deze klassieke benadering maakt organisaties echter kwetsbaar in de (nabije) toekomst. Op hun weg naar een flexibele organisatie is het de kunst een strategische visie te ontwikkelen en deze om te zetten naar tactische en operationele oplossingen. Hans Waardenburg, bestuurder van Zuidwester, vindt samenwerking tussen verschillende stafafdelingen een must. “Ik heb niets aan drie verschillende plannen. Als bestuurder heb ik behoefte aan één geïntegreerd plan, dat aansluit bij het zorgportfolio van de instelling”.
Zorginstellingen zouden volgens Randstad vanuit strategische overwegingen de noodzaak moeten inzien om zich te concentreren op integrale flexibilisering van álle medewerkers, die daardoor collectief waarde gaan toevoegen. Zo verbetert het rendement op arbeid voor hun cliënten en de zorginstelling, vermindert de kwetsbaarheid en stijgt de duurzame inzetbaarheid en de productiviteit van medewerkers.
In zijn reflectie op de dag zag Waardenburg dat de slag die zijn organisatie nog moet maken ook gelegen is in verdere flexibilisering van elke medewerker. Flexibiliteit als beheersmaatregel is op orde, liet hij weten. “Maar ik daag onze organisatie en dus de medewerkers uit om meer initiatief te nemen, over eigen grenzen heen te werken en buiten de eigen muren inzetbaar te zijn. Dit is een noodzakelijke beweging om het aanpassingsvermogen van de organisatie te vergroten en om toekomstbestendige kwaliteit van zorg te leveren. Flexibiliteit gaat verder dan alleen de arbeidsrechtelijke vorm van de arbeidsrelatie.”
Auteurs: Rick Nillesen en Jolanda Vellenkoop, Randstad Zorg