Blok en Van Rijn reageren op aanbevelingen Aanjaagteam ‘Langer zelfstandig wonen’
Minister Blok van Wonen en Rijksdienst en staatssecretaris Van Rijn van Volksgezondheid, Welzijn en Sport onderschrijven in hun reactie aan de Tweede Kamer de aanbeveling van het Aanjaagteam en roepen gemeenten op om actief aan de slag te gaan met het opstellen van een zogenaamde zorgvisie. Daarnaast gaan de bewindslieden in op de toekomst van het vastgoed in de zorgsector.
Op 1 april informeerden we u over het eindrapport van het Aanjaagteam van dhr. Marnix Norder. We attendeerden toen op onze randvoorwaarden van het goed kunnen slagen van langer thuis wonen: aanpakken van het te kort aan woningen, van de administratieve rompslomp die met thuis wonen gepaard gaat en van vastgoedvragen zoals leegstand en waardevermindering van gebouwen. Op 13 mei plaatsten we vervolgens een brief van de VGN, GGZ, RIBW-alliantie en de Federatie Opvang met een gezamenlijke reactie op het eindrapport. Naast de al genoemde voorwaarden gingen we toen o.a. ook in op de kwaliteit van het thuis wonen (brandveiligheid en sociale betrokkenheid) en op de stagnerende uitstroom vanuit het Beschermd Wonen door gebrek aan betaalbare en geschikte woningen.
De minister en de staatssecretaris hebben op 23 mei de kabinetsreactie naar de Tweede kamer gestuurd. Ze onderschrijven de regierol voor gemeenten bij het oppakken van de gezamenlijke verantwoordelijkheid van corporaties, zorgkantoren, zorgaanbieders en gemeenten om te zorgen voor adequate huisvesting en om te overleggen over de afbouw van intramurale capaciteit en over de herschikking van het zorgaanbod.
In hun reactie gaan de bewindslieden ook in op onze genoemde brief. Ze delen onze mening dat het aantal betaalbare en geschikte woningen op lokaal of regionaal niveau voornamelijk tot stand moet komen door goede afspraken tussen de genoemde partijen. De overheid verwacht dit ook daadwerkelijk van deze partijen.
Over de waardering van het zorgvastgoed stellen Van Rijn en Blok dat er mogelijk op termijn leegstand ontstaat waardoor waardevermindering van het vastgoed kan optreden, maar aanvullende regels achten ze niet nodig. Enerzijds verwachten ze van instellingen dat deze hun vastgoed op reële marktwaarde taxeren en zo nodig een andere bestemming zoeken. Zo wordt tijdelijk verhuren per juli 2016 gemakkelijker gemaakt. Zie daarvoor ook ons artikel van 23 mei 2016. Wellicht is dit voor zorgaanbieders een wat magere reactie. Maar anderzijds zien Blok en Van Rijn vooralsnog geen reden om extra aanvullende maatregelen te nemen voor extern toezicht op het vastgoedbeleid en daar zijn we blij mee. We verwachten dan ook op termijn het einde van het College Sanering, zoals we eerder schreven op 11 maart 2016.
Meer informatie? Neem dan contact op met Frits Mul, fmul@vgn.nl.