Behoud Wmo-hulpmiddelen thuis na verhuizing naar een Wlz-instelling
Als mensen met een beperking verhuizen naar een Wlz-zorginstelling en thuis nog willen logeren, is dit alleen mogelijk als de benodigde hulpmiddelen thuis blijven staan. Bijvoorbeeld een traplift en tillift. VGN heeft met andere partijen afspraken gemaakt over het behoud van hulpmiddelen die een cliënt vanuit de Wmo thuis heeft en die je niet makkelijk kunt meenemen vanuit de zorginstelling.
Landelijke afspraken
Voor personen die verhuizen naar een Wlz-zorginstelling en thuis nog willen logeren, is het belangrijk dat de benodigde hulpmiddelen thuis blijven staan. Bijvoorbeeld een traplift en tillift. Tot nu toe was dit erg moeilijk te organiseren. De Tweede Kamer heeft het kabinet gevraagd om hierover landelijke afspraken te maken.
Ieder(in), Vereniging Nederlandse Gemeenten, Firevaned, Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland en de minister voor Langdurige Zorg onderschrijven dit. Op maandag 21 augustus jl. hebben zij landelijke afspraken gemaakt over het behoud van Wmo-hulpmiddelen thuis. In de afspraken staat wanneer cliënten Wmo-hulpmiddelen thuis kunnen behouden en welke hulpmiddelen hiervoor in aanmerking komen. Ook zijn afspraken gemaakt over het proces, de financiering, de communicatie over de afspraken en over de evaluatie van de afspraken in 2025. Lees hier de bestuurlijke afspraken.
Wmo hulpmiddelen
De afspraken gaan over de hulpmiddelen die vanuit de Wmo 2015 zijn verstrekt en niet redelijkerwijs vanuit de zorginstelling mee te nemen zijn. Naast behoud van de hulpmiddelen die al thuis staan, gaat het ook om onderhoud, reparatie en vervanging op een later moment (zelfde functionaliteit). Ook trapliften (woningaanpassing) vallen eronder. Mobiliteitshulpmiddelen vallen buiten de afspraak. De afspraken betreffen geen hulpmiddelen vanuit de Zvw. Voor behoud van hulpmiddelen verstrekt vanuit de Zvw kan een coulanceverzoek worden ingediend. (zie ook: Hulpmiddelen thuis na verhuizing naar een Wlz-instelling.)
Is hulpmiddel thuis nodig?
Voor de bepaling of een hulpmiddel thuis behouden moet blijven, bespreken zorgaanbieders bij de intake van nieuwe cliënten of thuis logeren aan de orde is en of er hulpmiddelen thuis staan die nodig blijven. De zorgaanbieder geeft aan of de hulpmiddelen zijn mee te nemen vanuit de instelling. Wat niet is mee te nemen komt op een overzichtslijst. De zorgaanbieder hoeft geen inhoudelijke beoordeling te doen en informeert de cliënt over de mogelijkheid om de hulpmiddelen op de overzichtslijst te behouden. De cliënt meldt de verhuizing bij de gemeente en geeft daarbij aan welke hulpmiddelen thuis nodig blijven. Ook meldt hij dit bij de leverancier van de hulpmiddelen.
Op Regelhulp zijn deze afspraken voor cliënten en betrokkenen vertaald. Zie hiervoor: Hulpmiddelen thuis na verhuizing naar een Wlz-instelling.
Financiering en evaluatie
Gemeenten blijven de financiering van de hulpmiddelen voortzetten, maar worden hiervoor vanuit de Wlz gecompenseerd. Begin 2025 wordt gekeken naar de daadwerkelijke kosten. Ook zal begin 2025 met alle partijen worden gekeken of verduidelijking van de afspraken nodig is.
De VGN is blij dat ze met deze afspraken een bijdrage kan leveren aan het mogelijk maken van logeren thuis voor mensen met een beperking die naar een zorginstelling verhuizen.