Arbeidsgehandicapten houden buurtsuper draaiende
Ammerstol is niet veel meer dan een kerk, een dorpsplein en een paar woonhuizen. Het dorp telt nog geen 1.600 inwoners, maar wel een Attent-supermarkt met dagverse producten en zelfs een bescheiden assortiment cadeau-artikelen. Als je binnenkomt valt meteen op dat er voor een buurtsuper veel personeel aanwezig is. Blijf je langer in de winkel, dan zie je dat sommige medewerkers het syndroom van Down of een andere verstandelijke beperking hebben.
Terwijl de grote supermarktketens de afgelopen decennia wegtrokken uit de kleine kernen, zocht Attent de dorpen en wijken juist op. Formulemanager Sjaak Penning: ‘De vraag is enorm. Uit onderzoek blijkt dat de meeste mensen het belangrijker vinden een supermarkt in de buurt te hebben dan een huisarts. Attent wil een echte buurtsuper zijn, dichtbij de klant en betrokken bij de gemeenschap. Maar je moet inventief zijn om zo’n formule rendabel te maken.’ Attent vond de oplossing door samen te werken met mensen met een verstandelijke beperking.
Krachten bundelen
Attent probeert samen met gemeenten, woningcorporaties en stichtingen ook in kernen van 1.000 tot 2.500 inwoners buurtsupers open te houden. In een aantal van die winkels spelen medewerkers met een beperking een belangrijke rol. Penning: ‘Het is een kwestie van krachten bundelen. De winkels worden gerund door franchisenemers, SPAR biedt ze de mogelijkheid in kleine hoeveelheden in te kopen, en een lokale stichting regelt medewerkers plus begeleiders.’
De medewerkers vanuit de stichtingen hebben een indicatie, wat betekent dat ze een uitkering uit de AWBZ of de Wajong ontvangen. Ook hun begeleiders worden betaald uit de AWBZ. Geld dat vroeger naar de dagopvang ging, wordt nu gebruikt om mensen werk te geven en de buurtsuper draaiende te houden.
Lees hier het hele artikel van Marjolein Niestadt over de supermarkt Attent en de medewerkers met een arbeidsbeperking.