Aanvullend inkoopbeleid voor transitiemiddelen 2022 en 2023
De zorgkantoren hebben een aanvulling op het inkoopbeleid 2022-2023 gepubliceerd voor de transitiemiddelen die minister Helder in juli beschikbaar heeft gesteld. De transitiemiddelen bestaan uit het regionale stimuleringsbudget, beschikbaar voor de gehandicaptenzorg en de ouderenzorg. Daarnaast is er een regiobudget voor scheiden wonen en zorg in de ouderenzorg. De zorgkantoren hebben een gezamenlijk landelijk beleid gepubliceerd en daarnaast heeft elk zorgkantoor een regionale invulling. Waar mogelijk wordt aangesloten op de actielijnen uit de Toekomstagenda en op de kanslijnen van het landelijk akkoord tussen VGN en ZN.
Transitiemiddelen
De minister heeft voor 2022 tot en met 2026 €150 miljoen (jaarlijks €30 miljoen) aan regionale stimuleringsmiddelen beschikbaar gesteld voor de gehandicaptenzorg en de ouderenzorg om de noodzakelijke omslag naar toekomstbestendige, betaalbare, toegankelijke en kwalitatief goede zorg te ondersteunen. Dit sluit aan bij de actielijnen uit de toekomstagenda, de kanslijnen uit het landelijk akkoord met ZN en voor de ouderenzorg bij het programma WOZO (wonen, ondersteuning en zorg voor ouderen). Het budget is niet per sector vastgelegd en wat niet uitgegeven wordt vloeit terug naar VWS. De middelen worden ingezet door het tariefpercentage tot maximaal 100% ter verhogen.
Landelijk kader
De zorgkantoren hebben een landelijk kader opgesteld met de gezamenlijke doelen en voorwaarden voor de transitiemiddelen. ZN zet in op:
- Het versterken van de regionale samenwerking, om gezamenlijk de uitdagingen op verschillende terreinen aan te gaan
- Modern werkgeverschap (anders werken in de zorg)
- (Opschalen van) bewezen effectieve technologie en innovatie
Om voor de middelen in aanmerking te komen maken zorgaanbieders afspraken met hun zorgkantoor. Daarvoor geldt dat er meerdere zorgaanbieders bij het plan betrokken moeten zijn, dat er draagvlak moet zijn in de regio, dat de middelen gericht zijn op de gewenste veranderingen, dat de middelen de beweging in gang zetten en dat er duidelijke tijdslijnen en verantwoording wordt afgesproken. Ook mag er geen sprake zijn van dubbele financiering. De afspraken worden bij de herschikking van 2022 respectievelijk 2023 vastgelegd.
Regionaal beleid
Hieronder worden de hoofdlijnen van het regionale beleid per zorgkantoor benoemd.
Zilveren Kruis |
Voor 2022 worden de bestaande ingediende plannen voor regionale ontwikkelingsbudget gebruikt om waar mogelijk om te zetten naar transitiebudget. Voor 2023 volgt nog een aanvulling waarbij voor de gehandicaptenzorg wordt aangesloten bij de kanslijnen uit het landelijk akkoord |
VGZ |
Voor 2022 en 2023 kunnen plannen ingediend worden die gericht zijn op de actielijnen uit de Toekomstagenda of op de kanslijnen uit het landelijk akkoord |
CZ |
Voor 2022 en 2023 kunnen plannen ingediend worden gericht op de 3 doelen uit het landelijk kader |
Menzis |
Voor 2022 en/of 2023 kunnen plannen ingediend worden gericht op de 3 doelen uit het landelijk kader |
Zorg en Zekerheid |
Voor 2022 en 2023 kunnen plannen ingediend worden waarbij voorrang wordt gegeven aan (opschalen) innovatie; in- en doorstroom; mantelzorg; preventie |
DSW |
Voor 2022 kunnen plannen voor samenwerking voor toekomstbestendige zorg of (opschaling) bewezen effectieve technologie worden ingediend |
Midden-IJssel |
Voor 2022 en 2023 wordt aangesloten bij de aangedragen initiatieven van bestaande samenwerkingsverbanden die bij de doelstellingen van de transitiemiddelen passen. Ook initiateven van andere zorgaanbieders kunnen nog worden ingediend. |
Vervolg
Het is mogelijk om vragen te stellen over deze aanvulling. Dit kan tot uiterlijk 29 augustus. Vervolgens zullen de zorgkantoren uiterlijk 8 september de vragen beantwoorden in een Nota van Inlichtingen.