Optimalisatie datagebruik

Onze leden leggen veel informatie over cliënten vast. Die is in de eerste plaats van belang voor de zorg voor de cliënt over wie het gaat. Maar de combinatie van al die data kan ook heel waardevol zijn, voor onderzoekers en behandelaren, bijvoorbeeld. Ernst Klunder en Julianne Meijers vertellen over de weg naar beter datagebruik.

digitalegegevensuitwisseling

Werkgroep gestart

Klunder: ‘De gehandicaptenzorg verbeteren met zinnige data, begint met de juiste vastlegging. Dat bleek eerder tijdens een quickscan en een werkconferentie die we organiseerden. Dat vastleggen gebeurt nu op allerlei verschillende manieren, waardoor data moeilijk te combineren of te vergelijken is. Daarom zijn we afgelopen jaar een werkgroep met leden gestart, om te kijken of we tot een soort minimale, gestandaardiseerde dataset kunnen komen.’

Complexe opgave

Meijers: ‘Dat is een uitgesproken complexe opgave. Organisaties, cliënten, onderzoekers en behandelaars hebben niet altijd exact hetzelfde perspectief of belang. Daarnaast wordt er met veel verschillende softwaresystemen en meetinstrumenten gewerkt. En stellen zorgkantoren en gemeentes ook eigen, wisselende eisen aan welke data ze aangeleverd krijgen, en op welke manier. Tegelijkertijd wordt de urgentie van standaardisatie wel steeds zichtbaarder. Tijdens de coronapandemie kon je bijvoorbeeld niet snel zien hoeveel besmettingen er eigenlijk waren in onze sector. Dat vergde enorm veel handwerk en coördinatie, en dan heb je het alleen nog maar over een sectorbeeld.’

Interessante puzzel

Klunder: ‘We zien dan ook dat iedereen eigenlijk wel voorstander is van standaardisatie, maar dat het een lange weg is om vast te stellen wat die standaarden dan moeten zijn. Vervolgens moet elke zorgaanbieder zich die standaard dan nog eigen maken. Je ziet dus dat daar een flinke uitdaging ligt. Voor onze leden én voor ons. Onze rol is nu vooral: het gesprek op gang brengen, zorgen dat er in ieder geval gezocht wordt naar oplossingen, met name ook waar het gaat om eenheid van taal. Het is op zich een reuze interessante puzzel, een zoektocht naar gezamenlijkheid, en dat vergt tijd. We verwachten dat dit in ieder geval nog twee tot vijf jaar duurt.’