Moreel Beraad: Moet Els (72) nog verhuizen?
Hoe ga je als zorgprofessional om met morele en ethische kwesties in de dagelijkse praktijk? Voor dit artikel spraken we met Marco van Delft, geestelijke verzorger bij 's Heeren Loo.
Het belang van nieuwsgierigheid
‘Moreel beraad vraagt om nieuwsgierigheid naar elkaars overtuigingen en twijfels’, zegt Marco van Delft, geestelijke verzorger bij 's Heeren Loo. ‘Dat dit soms best een spannende onderneming is, blijkt uit het moreel beraad over de woonsituatie van de 72-jarige Els.’
Betrokken team
Sowieso verliep het gesprek met vijftien deelnemers enigszins chaotisch, blikt Van Delft terug. ‘Eigenlijk is dat aantal te veel, hoewel het ook aangeeft hoe emotioneel betrokken het team bij Els is. Medewerkers die vakantie hadden, kwamen er speciaal voor terug.’
Fysieke zorgvraag
Op dat moment is Els in een palliatieve fase van haar leven beland. Haar oude en vooral kleine bovenwoning zonder lift, voldoet bij lange na niet meer aan haar fysieke zorgvraag. Omdat de woning op de slooplijst staat, zit een verbouwing er niet in.
Passende woning
'De morele vraag tijdens dit beraad was: hoe doen we in de palliatieve fase recht aan Els' leven als het gaat om de plek waar zij woont?’, vertelt Van Delft. ‘Met andere woorden: kan Els hier tot haar dood blijven wonen of moet ze zo snel mogelijk verhuizen naar een passender woning?’ Haar fysiotherapeut is duidelijk: deze situatie doet niemand recht. Els niet, maar ook het team niet. Het is te veel improviseren en het gaat alleen maar zwaarder worden.
Oneens
Het team was minder eenduidig. Een deel wilde Els tot haar dood blijven verzorgen in haar eigen woning, waar ze een duidelijke plek in de groep met huisgenoten heeft en een fijne band met haar begeleiders. ‘Wat als Els nog maar een paar maanden leeft? Willen we haar dan een verhuizing aandoen en aan een onbekend team overdragen?’
Aanpassen
De arts was ook duidelijk: ze kan maanden, maar ook nog jaren leven. Dat laatste was voor een ander deel van het team het belangrijkste argument voor verhuizing. ‘Nog jarenlang zo doorgaan, dat houden we lichamelijk niet vol, zeiden zij’, vertelt Van Delft. ‘Bovendien, vroegen zij zich af, vindt Els ons net zo belangrijk als dat wij onszelf vinden? Uit het verleden blijkt dat Els zich goed kan aanpassen na een verhuizing. Hoe belangrijk maken we onszelf?’
Bezinning
‘Na vijf kwartier op het puntje van de stoel praten met veel zichtbare emoties, constateerden we dat het te vroeg was voor een besluit’, vertelt Van Delft. ‘En dat we moesten stoppen. Alles was wel gezegd.’ Een (bewust) veel kleiner comité besloot in een volgend moreel beraad na een paar weken bezinning voor een verhuizing. Twee maanden later verhuisde Els.
Emotionele afsluiting
Nog twee maanden later overleed ze. ‘Dat was ontzettend emotioneel, want daar zat precies de angst. Het gevoel van ‘hadden we toch niet beter...’ overheerste. We zijn opnieuw bij elkaar gekomen en concludeerden heel eerlijk dat we onszelf niets hoeven te verwijten: we hebben heel afgewogen en beargumenteerd een keuze gemaakt’, vertelt Van Delft. Hij voegt toe: ‘Dat het nieuwe team een liefdevolle bijdrage verzorgde op de uitvaart, was voor het oude team een stukje wondzorg.’
Dit artikel komt uit de eerste editie van 2024 van Markant, het tijdschrift van de VGN.