Het cao-akkoord nader bekeken: Overwegingen en keuzes bij de loonafspraken

Vanaf deze maand (mei 2022) krijgen medewerkers de nieuwe salarissen die cao-partijen met elkaar hebben afgesproken. Maar niet iedereen gaat er evenveel op vooruit. Waarom niet? Het antwoord staat in dit eerste deel van de serie 'Het cao-akkoord nader bekeken'.

Waardering

Gezamenlijke keuzes

De cao-partijen (FNV, CNV, FBZ, NU’91 en de VGN, mede namens MEE NL) hebben verschillende ambities en achterbannen. Alle belangen worden met elkaar besproken en afgewogen. Dat leidt tot gezamenlijke keuzes om met alle partijen tot een cao-akkoord te komen. Belangrijke overwegingen bij het maken van die keuzes waren dit keer:

  • Zichtbare verbetering van de salarisschalen van de middengroepen.
  • Verbetering van de inkomenspositie van medewerkers met een minimum inkomen en in de lage loonschalen.

Verdeling budget

Zoals velen thuis reserveringen maken voor uitgaven, beschikken ook werkgevers over een - door de overheid - bepaald budget voor de ontwikkeling van arbeidsvoorwaarden. Over hoe dat budget wordt verdeeld, maken de werkgevers en vakbonden afspraken die leiden tot het cao-akkoord. Dit betekent, ook net als thuis, dat niet alles wat we zouden willen ook daadwerkelijk kan. Dus moeten er keuzes gemaakt worden over:

  • Welke aanpassingen hebben de hoogste prioriteit als het gaat om de salarissen in de gehandicaptenzorg ten opzichte van de salarissen in de markt?
  • Welke aanpassingen hebben prioriteit met het oog op de krapte op de arbeidsmarkt?
  • Hoe kunnen medewerkers met lagere inkomens extra profiteren, terwijl medewerkers met hogere inkomens niet worden vergeten?
  • Wat is een reële ingangsdatum voor de algemene loonstijging?
  • Hoe kunnen de loonaanpassingen op korte termijn uitvoerbaar zijn, zonder al te veel administratieve lasten?

Extra toelichting

Wat zijn nu precies de middengroepen?

De cao-partijen hebben afgesproken dat de FWG-schalen 35 tot en met 50 de middengroepen zijn waarvoor de extra middelen worden ingezet, die de overheid nú heeft toegekend. Deze schalen hebben de grootste achterstand in salaris ten opzichte van de salarissen in de ‘markt’ en andere publieke sectoren. In deze schalen is ruim 63% van de medewerkers ingedeeld.

Wat is dan de verbetering voor de mensen in die schalen?

Het startsalaris én het eindsalaris van die schalen wordt verhoogd. Daarmee willen we het aantrekkelijker maken om in de gehandicaptenzorg te komen werken én te blijven werken. Door deze aanpassing gaat ruim 40% van de medewerkers er direct op vooruit. De overige medewerkers in die schalen hebben perspectief op extra salarisgroei.

Hoe is extra aandacht besteed aan de lagere inkomens?

De cao-partijen hebben ervoor gekozen om dat op twee manieren te doen. Allereerst door bij de structurele salarisstijging van 2,2% per 1 mei 2022 een bedrag af te spreken waarmee iedereen er minimaal op vooruit gaat. Dat bedrag is € 85. Dit betekent dat meer dan 75% van alle medewerkers er meer dan 2,2% op vooruit gaat.

Daarnaast hebben cao-partijen een soort ‘minimum loon gehandicaptenzorg’ afgesproken voor meerderjarige werknemers die niet een ‘bijbaantje’ hebben, maar voor langere tijd een substantieel aantal uren per week werkzaam zijn.

Waarom gaat de structurele loonstijging niet in aan het begin van de looptijd van de cao?

De cao-partijen hebben ervoor gekozen de salarisaanpassingen niet met terugwerkende kracht te laten ingaan, maar wel eerder dan een jaar na de vorige loonstijging (juni 2021). De eerste afweging daarbij: wat is betaalbaar binnen het budget? Andere afwegingen waren wat er redelijk is ten opzichte van de laatste loonstijging in de vorige cao en hoe veel extra werk kan worden voorkomen bij de uitvoering.

Waarom krijgen sommige medewerkers én de structurele loonstijging én eenmalig € 750?

Medewerkers ingedeeld in de schalen 55 tot en met 65 krijgen naast de structurele loonstijging een eenmalige uitkering van € 750 (op fulltimebasis) als compensatie, omdat deze schalen niet aangepast worden met de extra middelen van de overheid. Voor structurele aanpassing van die schalen was het beschikbare budget onvoldoende. De cao-partijen hebben prioriteit gegeven aan de aanpassing van de schalen 35 tot en met 50.

Waarom worden de schalen 40 en 45 volgend jaar nog een keer aangepast?

Voor de extra aanpassing in deze schalen hebben de cao-partijen twee redenen: de salarisachterstand is in deze schalen het grootst én voor de functies die in deze schalen zijn ingedeeld bestaan op dit moment de meeste moeilijk vervulbare vacatures.

Wil je meer weten of heb je vragen of opmerkingen?

Neem contact op met Muriël van Rijn
Telefoonnummer
Muriel van Rijn

Deze pagina is een onderdeel van